Bij het 100-jarig bestaan van Emmer-Compascuüm in 1979 werd het beeld van ‘De Veenvrouw' geplaatst op het plein bij de driesprong Runde-Hoofdkanaal-Oosterdiep. Dit beeld van een vrouw op blote voeten, haar haar in een knot en het gezicht een beetje afgewend, staat daar ter ere van de vele naamloze vrouwen die werkten in het veen. Vrouwen trokken in de tijd van de turfwinning samen met man en kinderen het veen in en verrichten daar hun ‘typische vrouwentaken'. Ze hielden een huishouden draaiend, ze baarden kinderen en daarmee extra handen die konden helpen in het veen. Verder stapelden de vrouwen ook nog turven om ze te laten drogen. De afbeeldingen op de sokkel van het beeld verwijzen naar de werkzaamheden van de vrouwen.
Op de sokkel staan reliëfs die iets vertellen over vrouwen in het veen: een afbeelding van een vrouw met kind, een gezin aan tafel en een vrouw met een turf in haar hand. In het vierde reliëf staat de tekst: ‘door den vreemdling met eerbied te naderen'. Deze tekst maant tot respect voor het harde bestaan van de vrouwen in het gebied.